Iedereen kent de grove verdeling van rationele en emotionele mensen in z’n omgeving. De verschillen tussen deze mensen in hun eigenlijke gedrag en manier van denken.
Bij mij waren er de vragen:
Wat doen beide manieren van denken met je eigenwaarde en levenshouding?
Wat is de oorsprong hier van?
Wat kunnen we hier in de toekomst mee?
In dit blog werk ik uit hoever ik hier inmiddels mee ben gekomen.
Mijn ervaring met rationele mensen is dat ze doorgaans een stevig zelfvertrouwen lijken te hebben. Hun argumenten, redenaties, berekeningen en belangen lijken voor hen erg vanzelfsprekend te zijn.
In hun spreken hoor je geen twijfel over hun visie. Sterker nog het is geen visie het zijn feiten naar hun idee. Dit maakt dat zij zich wijs, verstandig, volwassen en zeker lijken te voelen.
Hun denken is echter ook nogal ‘zwart wit’. Hún feiten zijn de ware, tegensprekers zien het fout. Dat houdt voor hen in dat zij de ‘witte’ en anderen de ‘zwarten’ zijn.
Mijn ervaring met intuïtieve mensen is dat ze doorgaans zoekend zijn. Zoekend naar een stukje aanvulling op hun beeld van de werkelijkheid. Luisterend naar anderen zoeken zij steeds naar de menselijke factor in het verhaal. Naar de beleving, de consequenties, de rechtvaardigheid, voor de betrokkenen.
In hun spreken hoor je voorzichtigheid, zorg in woordkeuze en openheid om echt te luisteren naar een eventuele nuance wijziging in hun opvattingen.
Hun denken is dan ook niet ‘zwart wit’ maar meer in een ‘tintenverloop’. Niet jij hebt ongelijk en zij hebben gelijk, maar meer: “dat wat je net zei, klopt voor mijn gevoel wel, maar hoe bedoel je dit?”
Als ik een gesprek tussen deze twee uitersten zie (grappig; ik kijk naar hun gedrag en luister dus minder) dan valt me op dat de Rationele persoon doordendert met zijn argumenten en de Intuïtieve zich mee stil houdt. Die vindt het geen vruchtbare bodem voor een werkelijk gesprek. En omdat het ‘ook zo bot is voor die ander om rechtstreeks weg te lopen’ nog even wacht op een goed moment daartoe.
Waar zit die oorsprong van de zelfverzekerde houding van de rationele mens? Dat triggert me en daarom zoek ik eens waar die vandaan komt.
Als je terugkijkt in de geschiedenis dan zie je dat vanaf De Verlichting, (de hele 18e eeuw ongeveer) het idee ontstond dat voor alles een verklaring was, dat voor alles een antwoord viel te bedenken. Dit in tegenstelling tot die tijd er vóór waar de mensen nog meer mytisch dachten: Godenkrachten, Verschijnselen en Wonderen waren een normaal deel van het leven.
Sinds die Verlichting kreeg het verklaren, en daarmee de Ratio, een hoog aanzien. Niet alleen in de wereld van onderzoek en de daarbij opkomende wetenschap, maar alras ook in de hele samenleving. Ook de opvoeding ging die kant van de jonge mensen stimuleren en waarderen en zoals we weten: alles wat je aandacht geeft groeit. De Rationele kant van het menselijk denken groeide uit tot dominante kant. Waarmee direct de Gevoelsmatige kant in het slop kwam. Deze zachte kant werd gezien als ‘zo 1600’ , dus achterhaald en ouderwets. En een beetje mens, toch een sociaal dier, wil er bij horen en past zich aan. Het gevoelsmatige, intuïtieve werd dus vanaf toen voor de binnenkant van hun menszijn bewaard. Iets wat je niet besprak, alleen ervaarde en eventueel in muziek, theater of poëzie naar buiten mocht brengen. Het werd een kunstvorm ipv een deel van het mens zijn. Iets wat je volwaardig meeneemt in je houding, je gedrag, je denken en je zijn
.
Deze disbalans van ons natuurlijke zijn bracht, zoals elke disbalans, stress met zich mee. De gegroeide wetenschap leerde ons wat wijsheid was. Materieel eigendom zou aanzien en macht geven. Wie rijk werd zou gelukkiger en belangrijker zijn. Argumenten als *maar: niet in harmonie, *maar: niet gelijkwaardig , *maar: niet rechtvaardig, *maar: niet goed voor de natuur, * maar: niet relaxt, waren uitspraken van de ondergeschikte, niet gewaardeerde kant van het Gevoel. De Ratio wist inmiddels dat ze op steun kon rekenen en denderde dus door. De groep Rationelen groeide omdat de korte termijn resultaten hen daartoe stimuleerden. En dat was wat telde: de luxegroei voor het IK op de korte termijn.
De balans die we kenden van voor deze tijd: leven met de aarde en de mensen om je heen, raakte buiten beeld. Het samengaan van de tradities en het mededogen met de aarde en onze omgeving verschrompelde. Hierdoor groeiden we scheef met overheersend een dominante Ratio en een ondergeschoven Gevoelskant. Die geschiedenis zit nog steeds in ons en bepaalt de gang van zaken.
Maar hoe moet dat verder? Is er hoop voor de toekomst?
Wat ik zie is dat er een steeds grotere groep mensen merkt dat die ondergeschoven Gevoelskant een berg wijsheid heeft. Wat ik ook zie is dat die wijsheid vriendelijk, ludiek en menswaardig verkondigd wordt, precies zoals de Gevoelskant zelf is, maar waar de Ratio overheen blaast. Dat de superieure houding van de Ratio nog steeds denkt: ik ben ‘wit’ en weet wat belangrijk is, jij bent ‘zwart’ en geen gelijkwaardige gesprekspartner met je gevoelsargumenten. Met andere woorden dat de Gevoelskant nog steeds als zwak wordt gezien, onvolwaardig en niet ter zake doende. De Ratio argumenten lijken nog steeds voorrang te nemen.
Hoe kan die ongelijkheid opgeheven worden?
Ik denk dat die opheffing van groot belang is, omdat het de Gevoelskant is die weet dat
Ons consumentengedrag voortkomt uit ons ‘ik kan kopen dus ik besta’-houding.
Ons individualisme voortkomt uit onze ‘als ík het niet krijg, krijgt de buurman het misschien’-houding.
Onze uitgeputte aarde voortkomt uit ‘wij mogen de natuur gebruiken voor onze bestwil’– houding.
Onze stresscultuur voortkomt uit onze ‘veel hebben is status’-houding.
Onze polarisatie in de samenleving voortkomt uit onze ‘minachten van de Brein en Buik balans’– houding.
Ik denk dat we, om bij elkaar te komen elkaar moeten leren verstaan.
Ik denk dat de Ratio daar geen noodzaak toe ziet en dat het initiatief van de Gevoelskant moet komen.
Ik denk dat de Gevoelskant de taal van de Ratio moet bestuderen om hen op hun eigen manier aan te spreken omdat de taal van de Gevoelskant niet binnenkomt bij de Ratio.
Ik denk dat die taal geen woorden maar daden zijn.
Ik denk dat als de Ratio zo tegenargumenten gaat erváren en dat dat effectiever binnenkomt dan woorden.
Ik denk dat eigenzinnigheid met een basis van mededogen voor het geheel hier heel nodig is.
Ik denk dat de Gevoelskant hier erg sterk in is.
Ik denk dat samenwerking hier belangrijk voor is omdat het stemmetje uit het verleden: ‘hou het gevoel bij je binnen’ nog steeds in ons zit.
Ik denk dat dat stemmetje ons zelfvertrouwen kan ondermijnen waardoor het ons laat schreeuwen of zwijgen, iets wat beiden geen succes geeft.
Ik denk dat evenwichtigheid, rust en zelfvertrouwen ons verder kunnen helpen hierin. En dat de samenwerking met elkaar ons de mogelijkheid biedt elkaar daar steeds aan te herinneren.